Het fietspad lag er al toen de snelweg nog een
tweebaans-betonweg was. Op 28 mei 1932 werd het laatste gat in de Afsluitdijk
gesloten. Een jaar en drie maanden later mocht het verkeer erover. Sindsdien
kun je erover heen fietsen. Generaties Nederlanders hebben dat inmiddels
gedaan. Een rondje IJsselmeer behoort tot de klassieke fietsvakanties.
Saai. Dat zeggen mensen vaak over de Afsluitdijk. Eentonig.
‘Daar ga je in jezelf mompelen.’
Wat vooral opvalt als je de Afsluitdijk oprijdt is de
verkeersruimte die je betreedt: witte strepen, verkeersborden,
hectometerpaaltjes, praatpalen.
Het fietspad ligt pal naast de snelweg en het is ook een
soort snelweg. 32 kilometer lang en alsmaar rechtdoor. Dat kun je saai noemen,
maar alsmaar rechtdoor heeft voordelen, je hoeft niet op te letten, geen
verkeer van rechts, je kunt over iets nadenken. Het is al vaker bezongen,
nergens kan je zo goed nadenken als op de fiets. De Afsluitdijk biedt daarvoor
de ultieme mogelijkheid. Geen afleiding, gewoon doortrappen. En doorzetten,
zeker met de wind tegen.
Af en toe kom ik een tegenligger tegen, we groeten als
motorrijders, bezig met dezelfde onderneming. Ik zie bepakte fietstoeristen,
twee vrouwen met een grote volgepakte krat voorop, een heel gezin, de ouders
met voor- en achtertassen. Maar ook dagjesmensen, wielrenners, een oerhollandse
man in hemdsmouwen, een kleine fietstas alsof hij naar zijn werk gaat.
Hoeveel fietsers er precies dagelijks over de Afsluitdijk
rijden is niet bekend. Op een mooie dag in de vakantie telden wij er 25 à 30 in
een uur tegen. Pakweg 400 op een dag? Dat is niet te vergelijken met drukke
fietsroutes in de stad maar niet niks.
Zouden er fietsforensen rijden? De uitbater van de lunchroom
bij het Monument denkt van niet. Een dorpsgenoot van mij die dagelijks met de
auto over dijk rijdt komt vrijwel elke dag dezelfde oudere man met grijs
baardje tegen, in wielertenue op de racefiets. Geen forens, vermoedt hij, maar
een gepensioneerde.
Is de Afsluitdijk een van die dingen die je gedaan moet
hebben als fietser in Nederland? Het is absoluut een sportieve uitdaging. Je
kunt ‘m niet half doen, er is geen trein onderweg om in te stappen. Maar het is
niet iets waar je mensen nu vaak over hoort. Dat is het rare van de
Afsluitdijk, het is een opmerkelijk bouwwerk maar buitenlandse toeristen lijken
er meer oog voor te hebben dan wij. Het fietspad zou een soort col voor de
laaglanden kunnen zijn, maar waarschijnlijk is het voor velen niet meer dan een
fietspad om van Noord-Holland naar Friesland te komen of vice versa.
In 2006 liet de ANWB de toeristische potentie van de
Afsluitdijk onderzoeken. Het bleek dat er jaarlijks 300.000 mensen de
Afsluitdijk bezoeken zonder promotie, net zo veel als naar werkeiland Neeltje
Jans, waar wel een echte attractie van is gemaakt. Vooral buitenlanders komen
naar de Afsluitdijk kijken. De dijk zou nog veel aantrekkelijker gemaakt kunnen
worden, schreven de onderzoekers. Bijvoorbeeld door de dijk leuker te maken
voor fietsers: rustplekken aan de Waddenzeezijde of een fietspad.
Zicht op de Waddenzee is spaarzaam. Het werelderfgoed
waddenzee was niet besteed aan mannen als Lely. De zee was toen vooral
bedreiging. Het is toch jammer dat je 32 kilometer langs de Waddenzee fietst en
die maar op vier plekken te zien krijgt: bij de sluiscomplexen in Den Oever en
Kornwerderzand, bij Breezanddijk en bij Het Monument. Wat zou mooier zijn dan
zeehonden spotten tijdens een fietstocht?
Bekijk een filmpje met Andere Tijden-presentator Hans Goedkoop over de geschiedenis van de Afsluitdijk.
Toch heeft dit fietspad achter de dijk ook voordelen. Bij een noordwesterstorm wordt je niet nat en zout. Het mooiste zou zijn twee fietspaden: een helemaal aan de IJsselmeerzijde en een helemaal aan de waddenzijde. En dan halverwege de optie om te wisselen omdat de wind toch bijvoorbeeld tegenvalt of van richting verandert gedurende de tocht. Die mogelijkheid wordt de komende jaren serieus bestudeerd (zie kader toekomst).
Bekijk een filmpje met Andere Tijden-presentator Hans Goedkoop over de geschiedenis van de Afsluitdijk.
Toch heeft dit fietspad achter de dijk ook voordelen. Bij een noordwesterstorm wordt je niet nat en zout. Het mooiste zou zijn twee fietspaden: een helemaal aan de IJsselmeerzijde en een helemaal aan de waddenzijde. En dan halverwege de optie om te wisselen omdat de wind toch bijvoorbeeld tegenvalt of van richting verandert gedurende de tocht. Die mogelijkheid wordt de komende jaren serieus bestudeerd (zie kader toekomst).
Bij het Monument, de lunchroom annex uitkijktoren ontworpen
door Berlage, draai ik om, het makkelijke fietsen begint nu, wind in de rug. Nu
ik richting Friesland fiets, rijd ik het naastliggende autoverkeer tegemoet en
lijkt het nog meer lawaai te maken dan op de heenweg. Er is best veel
vrachtverkeer. Een klein regenbuitje zorgt ervoor dat de stank pregnanter
wordt.
Het is niet anders, niet teveel aan ergeren. Zo is de
Afsluitdijk. Niet gemakkelijk.
Maar als ik verder fiets richting Harlingen en daar over de
waddenzeedijk fiets, besef ik dat de afsluitdijk ook zo’n fietspad kan hebben,
weg van het autoverkeer en in de natuur van de wadden. Haast om dat te
illustreren vliegt er een groepje lepelaars over.
(uit de VVF: Karin Broer)
Kijk ook eens voor tips voor het rijden van een rondje ijsselmeer op http://cyclingreview.nl/rondje-ijsselmeer-fietsen/
BeantwoordenVerwijderen